WAKKER WORDEN
Het is maandagochtend en trainer Annette Dölle komt ons kantoor binnen wandelen. Ze heeft een plant meegenomen. In het midden van de ruimte wordt een circel opgezet met daarin vier fases: dromen, plannen, doen en vieren.
Wij van Thomas en Charles vinden het belangrijk te weten wie we zijn, waar we heen gaan en met wie te maken hebben. Niet omdat we vinden dat het hoort, maar omdat het nodig is om iets echt te laten gebeuren. Daarom nodigen wij eens in de zoveel tijd iemand uit die ons helpt hiernaar te kijken.
En zo kwam Annette op maandagochtend voor een training Dragon Dreaming. In een notendop: Dragon Dreaming is een holistisch model voor strategisch handelen in projectorganisaties en de manier waarop we bij ons doel aankomen.
De vier bovengenoemde fases staan hierin centraal. Voor een goed verloop van een project moeten alle fases worden doorlopen. In werkelijkheid werkt iedereen echter anders en lopen we lang niet allemaal netjes alle fases door. Annette wist ons gerust te stellen: de meeste teams hebben van alles een beetje en samen komen we er ook.
Ik ben een typisch geval uit de zogehete Generatie Y. We leggen de lat doorgaans (te) hoog, hebben regelmatig keuzestress en zijn altijd bereid onszelf dieper in de spiegel te kijken. Een betere wereld begint tenslotte bij je zelfbewuste zelf. Zo zijn wij ook de generatie van de zelf-analyse door training en coaching. En meestal denken we dan stiekem allang te weten hoe de vork in de steel zit. Ik herhaal: denken.
Zo dacht ik bij het zien van de vier fases aardig zeker te weten: ik ben een in eerste instantie een planner en zeer zeker een doener. Ik plan keurig en dan ga ik over tot actie. Want zo hoort het, niet waar? In mijn wereldbeeld in ieder geval wel.
Maar niets was minder waar. Ik blijk een dromer. En van dromen ga ik achteloos over in doen. Van een strakke planning blijkt volgens dit model mij bij helemaal geen sprake. Ik hoorde mijn klomp breken.
De eerste uren is er dan sprake van een intern gevecht. Want dromers, zo zegt mijn wereldbeeld, kunnen niet de bedoeling zijn. Dromers zijn dromers. En van dromen komt uiteindelijk niets terecht. Nee, geef mij maar planners. En doeners. Dan kunnen we daarna lekker gaan vieren.
Maar het mag niet baten. Ik ben een dromer en een doener.
Als ik de dromer in mij enkele weken later heb omarmd, zijn zoveel dingen op hun plek gevallen. Door mijzelf en mijn natuurlijke rol te doorzien, snap ik beter hoe ik werk, waarom sommige dingen me zo makkelijk afgaan en waarom ik op andere dingen blokkeer.
Inmiddels snap ik ook dat we uiteindelijk alle fases doorlopen. Mijn agenda en to-do lijstjes getuigen tenslotte van uiterst strakke planning skills. De zinsnede “niet lullen, maar poetsen” is mij a.k.a. ‘de Fiks Koningin’ op het lijf geschreven. En ik sta bekend om de talloze kleine viermomentjes die ik te pas en te onpas weet te creëen. Desalniettemin heeft de dromer in mij de afgelopen jaren een dominante rol gehad.
Zo kwam de dromer in mij niet lang geleden tot een prachtige nieuwe droom. Een nieuw hoofdstuk, zoals mensen dat vaak zo mooi zeggen. Het is tijd om een andere weg in te slaan. Ik heb een fantastisch bedrijf opgebouwd, waar ik ontzettend trots op ben. Maar ik zie nu scherper dan ooit wie ik ben, waar ik goed in ben en bovenal, waar ik blij van word. En dat ik in een andere context, een andere vorm, beter in mijn kracht sta.
Ik ga een baan zoeken. En Thomas en Charles gaat verder zonder mij. Dit is spannend, voor ons alledrie. Maar het is goed.
Moraal van het verhaal: soms blijven we dromen, op andere momenten blijven we stiekem nog even snoozen, maar uiteindelijk is wakker worden lang zo gek nog niet. Want als we echt onze ogen openen, dan klopt de wereld ineens een beetje beter.
Deel deze blog